het land ligt er verlaten bij
er grazen paarden
onwestlands in een wei
na bijna honderd jaren kassen
geen gewassen meer
maar gras
in afwachting van woningen en water
is dit nu later
daar liep mijn opa
pet op
pad op
handen op de rug
te tuinen
dit platglasland dat was van hem
gekocht
en kas voor kas gebouwd
van kouwe grond tot warenhuizen
het schuurtje was zijn thuis geweest
zolang gewerkt werd
aan een woning met allure
de tijden brachten hoop mee
de druivenmuren
kwamen met de koop mee
en werden later afgebroken
want later was ook toen al aangebroken
een later dat nu vroeger is
heerlijke sloten
sloten ons gebied af
van de buren
volgeladen veilingschuiten
voeren onder lage bruggen door
de stok stak in de bagger
waar palingen leefden
die later
in niet langer meer gebruikte schuiten
in lage laagjes water
hun laatste adem verzwommen
later
het gaat maar door dat later
mijn opa tuinder
vader tuinder
ik niet meer
wel was ik destijds heer
zo dertien lange jaren
van heel mijn aardbeiveld
en enig held op wat mijn erf mocht heten
god was ik
op volle lengte breedte
van ons land
dat moeder
later
voor een rijtjeshuis verruilde
het tuinderszoontje huilde
©Aart van den Berg