Vijfentwintighonderd hectaren kassen, zes, zeven, acht meter hoog…! Twaalfhonderd schuren en megahallen, duizend warmteopslagtanks Vijfhonderd regenwaterbassins, driehonderd hokken als verlengde huiskamers Eindeloze linten vrachtauto’s met koelmotoren bovenop cabines Herrie wordt op papier bestreden, ook fijnstof wordt op die manier vermeden. Vergezichten tot aan geluidwallen waarachter het “Goud Wonen” is Westlandse luchten scherp doorkliefd, door kabels tussen hoge masten met aan de Zweth Westlandse Bergen, als eeuwige sneeuw geseald
De ruimte wordt hier optimaal gebruikt, eigen weg, verboden toegang zachte berm, niet parkeren, privé terrein, stuk gereden graskanten ’n Enkele paardenbloem, over het hoofd gezien door gifspuit of door schoffelploeg wordt gekoesterd net als elke snipper groen, een kinderhand is gauw gevuld We breken oude kernen af, immers historisch erfgoed brengt niks op adopteren minirotondes, bouwen een nieuw gemeentehuis stellen terloops vijf oude buiten werking, zijn samen sterk verdeeld in zeven kernen gaan tuinen in “De Tuinen”, een mooie naam waar nostalgie aan kleeft
En onze wateren dan, zijn die niet vreselijk prachtig? De kwaliteit wordt almaar beter…. blauwalg, kroos, stankoverlast, vissterfte De waterluis een zeldzaam diertje. Met touwsloepen en zuipschuiten genieten we massaal met drinkebroers en honderd decibellen die oorverdovend resoneren tegen eindeloze wanden glas. Op zondag wordt er niet gewerkt dan gaan we spelevaren en pissen overboord Alles wordt beheerst in onze Glazen Stad, geluid wordt hier gereduceerd door grenswaarden te verhogen, wat te warm is wordt gekoeld te koud wordt opgewarmd. Westland is mooi voor wie niet veel verwacht Een warme deken in een verglaasd bruidsbed ver van de grote stad We hoeven nooit meer weg, Westland, Westland, oh… Westland…!
De schrijver werd in 1946 in Wateringen geboren als achtste kind van een katholiek gezin van tien kinderen, studeerde economische wetenschappen aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam en promoveerde aan de Landbouwuniversiteit Wageningen op een proefschrift over management in relatie tot economische en sociale doelstellingen van ondernemers. Van zijn hand verschenen vele wetenschappelijke artikelen en publicaties. Naast wetenschapper is Alleblas een bezield dichter en een fervent amateurarcheoloog.
Dichten is zijn tweede natuur. Zijn gedichten verschijnen regelmatig in kranten, tijdschriften en deelpublicaties. Hij bracht o.a. korte verhalen uit, publiceerde 8 cartoonsbundels in de serie Vissen in de hemel en 6 gedichtenbundels. Verder doet hij al jaren onderzoek naar de Vissentaal in de breedste zin van het woord. Het is zijn ideaal om eens d.m.v. het gesproken woord met vissen te communiceren en met hen de toekomst te verkennen. Het onderzoek naar de vissentaal vordert langzaam en zal nog heel wat jaartjes duren.
In 2015 zag zijn gedichtenbundel De nacht bestaat niet meer het daglicht. Het is een verrassende poëtische ontdekkingstocht waarbij humor en sarcasme de boventoon voeren. In 2016 verscheen de bundel Jongens die niet kunnen wachten, enstaat sindsdien volop in de belangstelling. De derde publicatie van deze trilogie De charme van een schuldig geweten komt in oktober 2017 uit.
Het verbindend element in de trilogie is de jeugd van de dichter in het naoorlogse katholieke Wateringen. Alleblas beschrijft zijn observaties in een groot gezin, waar naast werk en kerkelijke plichten niet veel ruimte leek voor ontspanning en wereldse zaken. In zijn laatste bundelwordt ook ruim aandacht besteed aan de tegenpolen van het gecontroleerde leven in een klein Westlands dorp: de verleidingen van de grote stad en de verlokkingen van de nacht.
Hij voelt zich thuis in het vrije vers. Met een vleugje cynisme etaleert Alleblas in zijn poëzie zijn vrije en zonnige levenswijze. Op luchtige wijze krijgt hij verrassend vat op het schemergebied tussen verbeelding en werkelijkheid. Hij schroomt daarbij niet zijn fantasie de vrije loop te laten. Zo komt hij tot poëzie over het gewone leven, liefde, dood, erotiek en niet-alledaagse voorstellingen.
Regelmatig is Alleblas te vinden op literaire podia. Deelname aan de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd leverde hem in 2012 met De kus van de karper, in 2014 met Avondlicht en in 2016 met De Stad en Biecht van een negenjarige en in 2017 met Alléén als ik een vlindertuin bezoekeen top honderd plaats op. De Lierenaar mag zich derhalve sieren met de titel Top-100 dichter.
Binnenkort zal zijn negende cartoonbundel Onvervuld verlangen uit in de serie Vissen in de hemel verschijnen. Deze bundel bevat vijftig tekeningen met vissen die al drinkend en rokend hun leven in de vissenhemel glans proberen te geven.
Alle Proza en Poezië op deze site is auteursrechtelijk beschermd, en mag alleen met schriftelijke toestemming van de auteur elders gepubliceerd worden.
LIKE ONS OP FACEBOOK:
Laatst toegevoegde uitgave
Beste mensen, Hierbij de link naar de livestream van de presentatie van de erotische dichtbundel Vertalersweelde in het kielzog van (en als ode aan) de …Bekijk alle details
De bundel Het vermoeden van oorlog draagt de naam van het titelgedicht, waarmee Alleblas in 2020 de landelijke Plantage Poëzieprijs won. Het is een reflectie …Bekijk alle details