Tag Archief | "Energie"

Familiefoto

Tags: ,

Energie 2

Geplaatst op 14 november 2010 door Schrijvers tussen de kassen



Laten we ons energieverbruik nu eens nagaan tot zo’n vijftig jaar terug. Wat gold toen als alledaags voor veel mensen. Het is geen tijd om naar te verlangen, maar we kunnen er ons wel aan spiegelen.
In 1956 hadden we de deur van ons woninkje, aan de Kipstraat in Kwintsheul, definitief dichtgetrokken. Een jaar ervoor was ons gezin uitgebreid naar veertien kinderen en sliepen we, voor zover ik me kan herinneren eigenlijk overal, maar vooral ook dicht tegen elkaar. Toen, in 1956 dus, was er opeens (in mijn beleving) die nieuwbouwwoning, in een straat met straatlantaarns en stoeptegels in de poort. Wat een luxe, wat een weelde. Geen vocht en schimmel meer in huis, geen krantenpapier meer in kieren, geen waskitten op het vuur en niet meer die wekelijkse wasbeurt, als zoveelste kind in de zinken teil vóór het aanrecht. Vergeet dat soort narigheid, Drees had zijn naoorlogse werk erop zitten en Nederland was volop bezig de oorlogsschade te herstellen. We starten bij het jaar 1960: Wateringen. Drie kinderen waren inmiddels getrouwd, er sliepen er nog elf thuis.

Het was een ruim huis, waarin de huiskamer het enige verwarmde vertrek was. De kolenkachel werd een uur vóór bedtijd getemperd, zodat het huis op een willekeurige wintermorgen was afgekoeld naar koelkastwaarden. De koelkast zelf was er nog niet. Daarvoor diende de kelder onder de trap. De etenswaren in die kelder waren niet verpakt in vacuüm getrokken plastic, maar werden opgeslagen in potten, pannen, kistjes en bakjes. Dit resulteerde in maar één volle vuilnisbak in de week. Verder aten we wat het seizoen ons gaf en groeide dit binnen een cirkel van tien kilometer. Het eten werd gekookt op een tweepits gaskomfoor, met het petroleumstelletje als “slow cooker” en warmhouder. Mixen en kloppen deed mijn moeder met de garde, om te mengen moest ze roeren en schudden en voor de stamppot gebruikte ze haar stamper. De vaat ging in een teiltje, koffie werd opgegoten met een keteltje gekookt water en voor de dorst was er het water uit de kraan.
In dit nieuwe huis was ook een douchecel. Met warm water uit de kraan en een matje op de granito vloer tegen koude voeten. De wasmachine, die er ook een plek had, draaide op de vaste, wekelijkse dag die met ‘maan’ begint, waarna de was via de handbediende wringer op de waslijn belandde. De enige verlichting die ’s avonds werd gebruikt, was de lamp boven de tafel. De radio op het dressoir was de poort naar buiten, zij het beperkt tot dat wat de K.R.O wenste uit te zenden. De afstand naar school legden we lopend af, evenals onze jaarlijkse, eendaagse vakantiebestemming naar het Monsterse strand. Verder werden de schoenen verzoold, was mijn auto gemaakt van glaskistenplankies en kon ik het woord “vliegmachine” al foutloos schrijven. Het serieus rollende materieel bestond uit één fiets, in volle eigendom van mijn vader. Daarmee fietste hij naar zijn werk en declareerde vervolgens het buskaartje bij zijn baas.
Oh ja, mijn moeder had sinds kort een stofzuiger.

© Paul waterman 2010-11-12

Reacties (0)

Golgotha

Tags: , , ,

Energie

Geplaatst op 17 oktober 2010 door Schrijvers tussen de kassen

Energie Het is een fenomeen dat overal opduikt en je kunt er nog zo tegen zijn: ontlopen lukt niet. We hebben het over windmolens. Landschap ontsierende, opdringerige, door onze strot gedrukte mallemolens, die wind nodig hebben, om het in elektriciteit te kunnen omzetten. Of we nu Frans, Spaans, Duits of Nederlands spreken, men heeft ons verzekerd dat er in windmolens toekomst zit en ik kan geen windrichting opkijken of ik zie ze: de een draaiend, de ander stil als de kruizen op Golgotha. Draconisch? Sorry, ik zie het niet anders.

De lobby voor windmolens is gigantisch sterk, maar de argumenten zijn sterk onzinnig. Er staat altijd wind en dus moeten we die benutten, hoor ik, of: we kunnen het combineren met andere vormen van energie. Bijvoorbeeld het water in de Noorse meren dat omhoog kan worden gepompt, met behulp van windmolens, waarna het gedoceerd naar beneden stroomt. Of: we hebben de Noordzee, waar we het systeem kunnen koppelen aan andere Europese netwerken. Ja maar, denk ik dan, met het huidige aantal molens blijven we toch maar in drie procent van onze behoefte voorzien. De Noordzee volzetten met, alleen al voor ons land benodigde negentigduizend molens, om aan de volle honderd procent te kunnen voldoen, lijkt me volstrekt absurd.
Zo moet ik het niet zien, hoor ik weer. We moeten het gebruiken in samenwerking met de bestaande olie en kolencentrales. Snap ik dat? Nee, ik ben eerder verbijsterd, want wat is dan de grootheid van windenergie? Wat ik zie, is dat drie procent van onze totaalbehoefte op dit moment wordt ingevuld door windmolens en dat het er nu al enorm veel zijn, terwijl het percentage toch niet veel verder komt dan drie procent.
Maar met deze techniek staan we pas aan het begin, zal het volgende argument zijn. Er is nog veel technische uitval en aan de aerodynamica kunnen we ook nog sleutelen.
Goed, moderne mensen willen daar wel in mee, het is misschien mogelijk dat toekomstige molens honderd procent meer capaciteit uit wind kunnen halen: stel het rendement daarom maar op zes procent. En, optimistisch als ik ben, zeg ik: verdubbel dat getal ook maar, want je weet maar nooit wat er voor slimme zaken bijkomen. Dan toch blijft het bij een geringe bijdrage in de totaalbehoefte. Zou het daarom niet veel minder ingewikkeld zijn, als we wat nadachten over de vanzelfsprekende consumptie van energie? Wat meer letten op het gebruik van licht en warmte of van elektrische apparaten? Wat beter nadenken over kilometers, verwarmde terrassen, of vliegvakanties? Alleen daarmee kunnen we de bestaande molens al overbodig maken. Verleden jaar was het energieverbruik, vanwege de crisis, acht procent minder dan het jaar ervoor. Dat ging toch best gemakkelijk? Nu snap ik wel dat we de tijd niet terug kunnen draaien, onze energiebehoefte zal alleen maar toenemen. Laten we daarom in de tussentijd de koe bij de hoorns pakken. Ik bedoel, waar komt al die energie eigenlijk vandaan? Waar vindt het licht, de warmte, wind, regen, eb of vloed, de biobrandstof en aardolie zijn oorsprong? Precies!! Laten we de zon zoeken. Er niet bang voor zijn.

© Paul Waterman 2010-10-13

Reacties (0)

Onze Sponsoren-Partners

OPMERKING:

Alle Proza en Poezië op deze site is auteursrechtelijk beschermd, en mag alleen met schriftelijke toestemming van de auteur elders gepubliceerd worden.

LIKE ONS OP FACEBOOK:

Laatst toegevoegde uitgave

  • Beste mensen, Hierbij de link naar de livestream van de presentatie van de erotische dichtbundel Vertalersweelde in het kielzog van (en als ode aan) de …Bekijk alle details
  • Het vermoeden van oorlog

    Het vermoeden van oorlog

    De bundel Het vermoeden van oorlog draagt de naam van het titelgedicht, waarmee Alleblas in 2020 de landelijke Plantage Poëzieprijs won. Het is  een reflectie …Bekijk alle details

Nieuwsbrief

Op de hoogte blijven van de laatste nieuwtjes , meld u hier aan dan ontvangt u
onze nieuwsbrief.
* = verplicht veld