Gecategoriseerd | De Denker
Kinderliedjes
Geplaatst op 26 juni 2015 door De Denker
Laatst was ik weer eens op een zoveel-jarige-bruiloft van een uitgeblust stel van rond de vijftig. Na verloop van tijd en een aantal vaten bier werd het bruidspaar met stoel en al op de schouders van de mannelijke gasten gehesen en het “zij leven hoog, zij leven hoog” werd uit volle borst gezongen, voor zover je na zo ’n hoeveelheid alcohol nog van zingen kunt spreken. Het woord ‘lallen’ dekt de lading net iets beter.
Ik vroeg me af waar het lied “zij leven hoog, zij leven hoog” toch vandaan gekomen was en wie deze diepzinnige tekst bedacht zou kunnen hebben die wij gebruiken om onze diepste, welgemeende emoties te tonen aan een gelukkig bruidspaar.
Na een beetje zoeken op het internet stuitte ik op een website met kinderliedjes. De eigenaar van de website heeft er flink z ’n best op gedaan. Van alle liedjes zijn zowel de gezongen teksten als de bijbehorende bladmuziek te vinden. Een hele klus, maar kunnen in vredesnaam dit soort websites bij de wet verboden worden? Deze infantiele indoctrinatie van de toekomstige generatie moeten we stoppen voordat het te laat is.
Wellicht krijgt u nu de indruk dat ik tegen zingen ben, maar het tegendeel is waar. Ik draag het zingen als zo danig een warm hart toe. Niet dat ik zelf zo ’n fervent zanger ben, dat wil ik mijn omgeving niet aandoen, maar dat het goed is daar zijn bewijzen genoeg voor te vinden.
Waar het mij om gaat is dat kinderen in hun kleutertijd door ouders en juffen volgepropt worden met dit soort waarschijnlijk goed bedoelde maar onzinnige, nietszeggende rotzooi. Hebt u, als vrolijk mee zingende ouder of juf de tekst van “ollekebolleke rubisolleke”, “zeg ken jij de mosselman” en “de kop van de kat was jarig”, wel eens goed geanalyseerd ? Deze kinderliedjes gaan allemaal nergens over. Op Wikipedia worden deze liedjes nonsens versjes genoemd, waarvan de oorsprong in sommige gevallen al rond 1900 te dateren is. Pardon, wij leven in 2015 en leren kinderen nonsens versjes uit 1900. Aan de andere kant leren we kinderen ingewikkelde zaken die ze niet nodig hebben om een goed leven te leiden. Zeg eens eerlijk, heeft het principe van “de bol van Maastricht” u ooit verder geholpen in uw zoektocht van een zinvol leven? Mij niet! Hoe groot kan de tegenstelling zijn tussen zin en onzin?
Ik wil toch nog even wat dieper in gaan op deze vorm van communicatie. Al deze liedjes zijn op een bepaalde manier opgebouwd: zinnen worden vaak tot vervelends toe herhaald, wat het verrassingseffect van zo’n liedje geen goed doet, de gebruikte onderwerpen zijn stompzinnig of zelfs niet bestaand en taaltechnisch klopt er ook geen hout van. Willen wij dit de volgende generatie als fundament van hun taalontwikkeling mee geven?
Er zit natuurlijk ook een voordeel aan. Mochten er buitenaardse, intelligente wezens bestaan die de liedjes waarmee wij onze kinderen groot brengen uit de ether plukken, dan is de kans groot dat ze niet onder de indruk zijn van de intelligentie van het menselijk ras. Ze zullen ons niet als een intelligente bedreiging zien, wat ons zeker stelt van ons voortbestaan.
Mijn conclusie is dat de nietszeggendheid in onze samenleving eigenlijk al van jongs af aan met de pap lepel ingegoten wordt en we de vluchtigheid waarin de huidige generatie zich bevindt, alleen onszelf aan kunnen rekenen.
©De Denker