Geplaatst op 21 augustus 2015 door Aad van Uffelen
Ik weet wel wat ik wil,
maar wil ik wel steeds
maar doen alsof ik
echt wil wat ik doe?
Ik hoor, de stilte, toch!
O, bestaat dat nog?
En, ruik ik daar het bos,
de bomen, planten en het mos?
Voel ik de kracht, de energie,
beleef ik het volle rijke leven
ja daar wil ik alles voor geven, en
niet alleen maar deze ene nacht.
Ik ben sprakeloos – verwonderd –
keer op keer, meer en meer.
Ja, dat is wat ik wil!
En leer ik dan eindelijk luisteren,
dan hoor ik wat de bomen fluisteren,
schreeuwen, huilen, over ons, mensen.
Maar wil ik dat?
Och, ik zoek zo lang al wat ik wil,
maar weet het niet precies.
Graag wil ik schrijven en zingen
over het leven en mooie dingen
en spreken over,
ja, over wat eigenlijk?
© Aad van Uffelen
Geplaatst op 14 september 2012 door Aad van Uffelen
De zilveren wilgen waaien sierlijk in de wind,
daar aan de laatste stukjes wijdse waterkant,
midden in het grootse glazen land.
Waar ooit lag, een ongenaakbaar
mooi en bosrijk bomenland.
Eeuwen groeiden daar
de eerste pionieers van weleer
veroveraars van dit, toen nog, nieuwe land
De berk, vrouwe van ’t woud
meester van de drassige moerassen, en
de ruige bazige boswilg,
de altijd pratende ratelpopulier
en natuurlijk de gave grove den,
de altijd groene pijnloos groeiende pijnboom,
de uniekste pionier langs zee en duin.
Maar nu ligt daar op dat rijke groenverleden
een groots en indrukwekkend industrieterrein
met eindeloze grote glazen kassen en
ontzagwekkende torenhoge
met magische toverdrank gevulde tanks
vol met Westlands welvaart.
Stoer rijden ontelbare vrachtwagens
van overal her
over Westlands smalle volgelopen wegen
volgeladen met prachtige producten
uit kas en land, zo mooi gegroeid in
al die grote glazen tempels van het
ooit zo wijde Westlands ruige land.
Trots te zijn hier geboren als Westlander
kind van het land van zand en strand
en zee en duin en klei en veen
en sloten en vaarten en ontelbare schuiten
en toen nog groene weilanden, koeien
vogels en dieren eindeloos in getal.
Ja ooit groeiden hier talloze zilveren wilgen,
berken, eiken, beuken en fraaie struiken
en waaiden hun miljoenen blaadjes sierlijk in de wind
over het oneindig land, strand, zand en duin.
Mijn Westland
© Aad van Uffelen
Geplaatst op 30 maart 2012 door Aad van Uffelen
Daar lig je dan, het moede lijf, versleten.
Oud ben je, maar nog niet vergeten.
Ja, daar lig je dan, je kijkt naar mij,
ik denk, nog even en het is voorbij.
Jaren heb je gezorgd voor je kinder,
eerst klein, en later groot, niet minder.
Je was een bron om aan te laven,
je was er met gulle lach en al je gaven.
Je leven was niet zo simpel meer,
het ging, tegen je zin, op en neer.
Je had mooie jaren, en veel zorgen,
maar jij was altijd positief, voor morgen.
Toen ging je liefde van je heen.
Dat vond jij zo gemeen.
Het veranderde je hele leven,
jij dacht na en wachtte op, nog even…
Nu vallen de blaadjes van de bomen,
zoals het gaat, jouw herfst is gekomen.
Ja, ook jouw leven kent tijd van gaan,
zelfs jij ontkomt daar niet aan.
Kom, ga nu maar.
© Aad van Uffelen